Goed, een mens kan niet altijd in een jubelstemming zijn. Toch zou het leuk zijn als je van binnenuit wat fut, puf of zin in wat dan ook voelt. Vorige week sprak ik hardop uit: Ik wil gaan studeren, want zo maar doormodderen met werk waar ik niet echt happy van word, zie ik niet zitten. Ik wil het idee hebben zinvol bezig te zijn: veel mensen halen dat uit relaties, kinderen of werk, maar met zelfontplooiing moet ik toch ook een eind kunnen komen? Een leuk voornemen, en van voornemens knap ik altijd zienderogen op. Dus ik zat op die positieve energie te wachten waardoor ik me vol enthousiasme zou gaan oriënteren op De Toekomst.
Ik denk dat het ‘m in dat grote woord zit: de toekomst duurt zo lang! Morgen kan ik behappen, volgend jaar is al moeilijker, maar toekomst… Ik voelde me lamgeslagen, bang en ik vloog tegen de muren omhoog. Want met het idee ‘dat ik eens aan mijn toekomst moest gaan denken’ kwam het besef van het kader waarin die Toekomst gaat plaatsvinden: hier, binnen deze vier muren.
Het optimistische stemmetje in me zei: Denk vanuit mogelijkheden. En dat vervelende alter ego riep: Haha, die gaat op d’r bek: ze komt er nog wel achter dat ‘mogelijkheden onderzoeken’ synoniem is voor ‘confrontatie met de onmogelijkheden’. Taalkundig klopt er natuurlijk niks van zo’n redenatie, maar in mijn oren klinkt het momenteel érg logisch en wáár.
Gelukkig is het hier opschrijven een teken van boosheid en frustratie (dus niet meer compleet lam) en ik kom blijkbaar weer in beweging. Nu alleen nog een richting vinden… Stap voor stap, dag voor dag.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten
Bedankt voor je reactie!